Gebruikte methoden vanaf groep 3

Taal en lezen in groep 3

Voor het taal/leesonderwijs gebruiken we de methode Veilig leren lezen -Kim versie.

Veilig leren lezen bestaat uit de volgende onderdelen:

  • Technisch lezen
  • Spellen
  • Begrijpend lezen
  • Functioneel schrijven
  • Spreken en luisteren
  • Boekoriëntatie en verhaalbegrip
  • Woordenschat

Veilig leren lezen bestaat uit 12 kernen. In de kernen 1 t/m 6 leren de kinderen alle letters en wordt de elementaire leeshandeling aangeleerd. Ook leren de kinderen het correct kunnen schrijven van eenvoudige klankzuivere woorden. In de kernen 7 t/m 12 wordt de leesvaardigheid verder geautomatiseerd en uitgebouwd naar moeilijkere en langere woorden. Ons doel is om kinderen halverwege groep 3 op minimaal M3(midden groep 3) niveau te laten lezen en aan het eind van groep 3 op minimaal het leesniveau E3(eind groep 3). Veilig leren lezen houdt rekening met de verschillen tussen kinderen: Naast het basisprogramma is er ook materiaal voor kinderen met een trage leesontwikkeling en verrijkingsmateriaal voor kinderen met een snelle leesontwikkeling. Om de leesontwikkeling zo goed mogelijk te volgen nemen we na elke kern een toets af.

Op de site van Veilig leren lezen vindt u per periode uitleg over wat uw kind leert en hoe u dit met leuke activiteiten kunt stimuleren: http://www.veiliglerenlezen.nl/Voor-ouders.htm

Taal: Taal in Beeld2

In Taal in Beeld zitten de kerndoelen voor taal, zoals die door de overheid zijn vastgelegd. Ieder blok van Taal in Beeld bestaat uit twaalf basislessen (woordenschat, spreken en luisteren, taalbeschouwing en schrijven), die aangeboden worden in de drie eerste weken van het blok. De vierde week start met de toetstaak, gevolgd door herhalingstaken en plustaken. Taal in Beeld maakt verschillende organisatievormen gelijktijdig mogelijk. De leerkracht kan bepalen of de leerlingen zelfstandig (individueel of in samenwerking met andere kinderen) of begeleid (klassikaal of in een groepje onder leiding van de leerkracht) aan de slag kan gaan. Alleen de lessen spreken/luisteren gebeuren klassikaal. Taal in Beeld is opgebouwd uit vaste onderdelen (zie leerlingmateriaal): Wat ga je doen?, Op verkenning, Uitleg, Aan de slag en Terugkijken. Zo leren de leerlingen op een effectieve en efficiënte manier zelfstandig te leren. De verwerkingsopdrachten staan gedeeltelijk in het werkboek en gedeeltelijk in het taalboek. Na de toets kunnen we vaststellen of de leerling een herhalingstaak moet maken (onderdelen die ze nog niet beheersen) of plustaken (verdiepingsstof). Verder is er een computerprogramma Woordenschat/Taal/Lezen. Met dit programma kunnen de kinderen de doelwoorden uit de lessen herhalen en er mee oefenen plus nieuwe doelwoorden aanleren.

Spelling: Spelling in Beeld2

Om het mooi te zeggen: Spelling is een vaardigheid die in dienst staat van de schriftelijke uitdrukkingsvaardigheid. Spelling is een belangrijke voorwaarde voor de schrijfvaardigheid. Voldoende spellingvaardigheid kan mensen (leerlingen) het zelfvertrouwen verschaffen dat ze nodig hebben om zich schriftelijk uit te drukken. Met deze methode is het mogelijk dat leerlingen (individueel of in tweetallen) zelfstandig leren. Maar spelling in beeld is ook geschikt voor begeleid leren.

In de lessen zit een thematisch aspect, dat vooral in de introductieopdracht van elke les zichtbaar wordt. Het gaat hierbij om tien overkoepelende thema’s die elk jaar op de hetzelfde moment terugkeren. De methode richt zich zowel op het spellingproduct als op het spellingproces. Het is belangrijk dat de leerlingen zoveel mogelijk woorden correct mogelijk kunnen spellen. Maar het is evenzeer belangrijk dat zij een goede aanpak (strategie) leren om tot de juiste spelling van woorden te komen. Zo werkt de methode aan het spellingbewustzijn van de leerlingen. De methode speelt in op de verschillen tussen de leerlingen. Voor de goede spellers zijn er goede mogelijkheden om aan de slag te gaan met differentiatiemateriaal.

Lezen: Estafette

Woensdag-, donderdag en vrijdagochtend wordt er gelezen met Estafette. De leerlingen worden in niveaugroepen ingedeeld en lezen met leesouders, leerkrachten of leerlingen uit groep 8. Voor/koor/doorlezen staat centraal in de leeslessen. Ook besteden we veel aandacht aan het lezen op tempo.

Rekenen: Wereld in getallen

De methode bevat per leerjaar lesstof voor 36 weken. De leerstof is opgedeeld in 8 blokken van 4 of 5 weken. De wereld in getallen heeft een vaste weekopbouw. Elk rekenonderwerp wordt op een vaste dag in de week behandeld. Dit geeft kinderen houvast. Zo is elke 3e les van de week gewijd aan meten, meetkunde, tijd en geldrekenen. Elke les duurt 50 tot 60 minuten en heeft steeds dezelfde opbouw. De les start standaard met een automatiseringsoefening. Bij de instructie staat altijd 1 onderwerp centraal. Cijferen krijgt veel aandacht, waaronder de klassieke staartdeling. Maar ook het realistisch rekenen komt aan bod, zoals het werken met modellen, getallenlijn en verhoudingstabel. De methode is opgebouwd volgens de ‘dakpanconstructie’. Eerst geeft de leerkracht instructie voor oriëntatie en begripsvorming, vervolgens oefenen de kinderen zelfstandig. Uiteindelijk gaan zij het onderwerp automatiseren. Oefenen en herhalen zorgen voor een goed fundament. Elk kind werkt dagelijks zelfstandig aan de weektaak. In de opgaven komt alleen behandelde stof aan bod. Zo leren de kinderen om zelf problemen op te lossen en hun werk te plannen. Bij de weektaak horen ook oefeningen op de computer. In het tweede gedeelte van elke rekenles werken alle kinderen zelfstandig aan de weektaak. De niveaus van de weektaak zijn: minimum-, basis- en plusniveau. Kinderen kunnen makkelijk doorwerken en overstappen op het volgende niveau. Rekenzwakke kinderen krijgen verlengde instructie in het bijwerkboek. Zij krijgen één oplossingsstrategie aangeboden. Voor rekensterke kinderen is er het pluswerkboek. Daarin werken ze als ze klaar zijn met het plusniveau in de weektaak.

Met sprongen vooruit

Met Sprongen Vooruit is het effectieve reken-wiskundeprogramma voor groep 1 t/m groep 8. Het programma kenmerkt zich door de reken-wiskundedidactiek in kleine tussenstapjes te beschrijven zodat een leerkracht elke leerling met rekenen vooruit kan helpen. Met het totaaloverzicht op de rekenleerlijnen leert de leerkracht de juiste oefeningen en spellen zowel interactief klassikaal als individueel aan te bieden. De leerlingen ervaren deze oefeningen en spellen als leuk en betekenisvol waardoor ze meer plezier in rekenen krijgen. Ze mogen bewegen en eigen producties maken wat de betrokkenheid verhoogt. Deze positieve wisselwerking tussen inhoud en vorm zorgt ervoor dat de resultaten bij leerlingen die les krijgen op basis van Met Sprongen Vooruit direct omhooggaan.

Begrijpend lezen: Nieuwsbegrip Zilver

Nieuwsbegrip Zilver is een interactieve en aangrijpende manier voor begrijpend lezen. Er zijn wekelijks teksten en opdrachten aan de hand van het nieuws. Verder wordt er structureel aandacht besteed aan lees- en woordenschatstrategieën. Het wordt aangeboden op het niveau van het kind.

Wereldoriëntatie: Blink

Blink Wereld biedt een totaalpakket voor wereldoriëntatie voor groep 3 tot en met 8. Ontdekkend, onderzoekend en ontwerpend leren vormt de basis. Blink Wereld zet leerlingen aan om na te denken, en zelf te ervaren en ontdekken.

Verkeer

In groep 3/4 wordt gewerkt met de methode Klaarover. Groep 5 t/m 8 werken uit de verkeerskrant van Veilig Verkeer Nederland. Groep 5/6 werkt met de krant 'Op voeten en fietsen'. Groep 7/8 werkt met de Jeugdverkeerskrant. 

Schrijven: Pennenstreken

Bij het vak schrijven het accent op het automatiseren van het schrift, kennismaken met het temposchrijven en het kritisch beoordelen van het eigen handschrift! Een regelmatig handschrift bevordert de leesbaarheid!

Sociale en emotionele competenties: Kwink

In het kader van de sociale veiligheid werken we met deze methode. Het doel is om sociaal competent gedrag van de leerlingen te bevorderen. Ze leren hun verantwoordelijkheid te nemen, betrokkenheid tonen, zelfreflectie. Door middel van gesprekken, rollenspel, schrijfopdrachten zijn we er mee bezig.

Gymnastiek

De leerlingen hebben gymles. Gymkleding en gymschoenen zijn verplicht. 

Fit en vaardig

Fit en vaardig wordt ingezet tijdens de reken- en spellingslessen. De leerlingen zijn actief met bezig met leerdoelen.

Expressie vakken

Expressie wordt geïntegreerd aangeboden met de methode Blink. De leerlingen zijn bezig met handvaardig aan de hand van de thema's van Blink. 

Spreekbeurten en Boekbesprekingen

Elk kind houdt een spreekbeurt over een zelfgekozen onderwerp (in overleg met de juf) en een boekbespreking. Bij de boekbespreking is het kind vrij om zelf een boek uit te zoeken, waar het iets over wil vertellen (idem in overleg met de juf). Voor de voorbereiding van deze boekbespreking krijgt het kind een lijst mee, waar de punten op staan die aan bod komen.

OBS Futura

Directeur:  Annet Wortelboer

Merelstraat 3
9679 JE, Scheemda

0597 - 208008

obsfutura@sooog.nl